Zoals aangekondigd in deel 2 gaan in dit deel in hoe in oefenvormen gebruik kunt maken van externe focus of externe cueing.
Tekst: Marcus DiBernardo (vertaling: Paul van Veen)
In dit overzicht mag de oefenvorm uit het vorige deel niet ontbreken.
Je kunt in deze oefenvorm ook nog variëren door speler 1 niet naar speler 3 te laten spelen, maar de bal terug te spelen naar speler 2, die dan na een aanname naar speler 3 speelt.
Doordraaien en passen met externe cueing
In deze simpele oefening speelt speler 2 steeds van speler 1 naar speler 3 en weer terug. In deze oefenvorm worden pylonen (liever nog air dummy's of vrije trap poppen) gebruikt. Oefeningen als deze geven spelers het idee van ruimte, tijd, afstanden en hoeken terwijl ze voetbalechte handelingen uitvoeren. De pylonen dienen als externe cue, die het brein vertellen wanneer het doordraaien en passen succesvol was (of niet).
Vervolgstap
In de vervolgstap krijgen speler 1 en 3 een kaart (of een hesje) in de handen. De speler aan de overzijde houdt een kleur in de lucht en tijdens het aannemen van de bal moet de speler nu 'scannen' en de juiste kleur noemen voordat ze doordraaien en passen. In al mijn cognitieve vormen probeer ik altijd spelers te stimuleren om te scannen, dat is namelijk erg belangrijk voor de voetbalintelligentie van een speler.
Vormen in een driehoek
In deze vormen passen we de bal in een driehoek. In de eerste vorm start de speler aan de binnenkant en krijgt de bal aan de buitenkant. De bal wordt gepasst door de pylonen die als externe cue dienen.
In dit tweede voorbeeld spelen we in dezelfde organisatie, maar bewegen de spelers van buiten naar binnen.
Gebruik van gekleurde pylonen
In dit laatste voorbeeld gebruiken we gekleurde pylonen die er voor zorgen dat er steeds andere hoeken zijn waaruit gepasst moet worden. De trainer roept een kleur en alle spelers moeten vanaf die kleur starten. Na een aantal passes roept de coach een nieuwe kleur, de spelers wisselen van kleur en de oefening gaat gewoon door.
De spelers moeten zich richten op een goede timing om zo in het midden van het vak de bal door te passen. De externe cue hierin is het passen door de twee pylonen en te proberen om de bal in het midden van het vak aan te nemen en door te spelen.
Je kunt deze oefenvorm aanpassen door voor elke speler het vierkant in een andere kleur te maken en als ze dan ook nog na de pass na het lege vak moeten bewegen, zullen spelers steeds in verschillende situaties gebracht worden en moeten nadenken.
Veel meer mogelijkheden
Natuurlijk zijn bovenstaande oefeningen maar enkele voorbeelden. De mogelijkheden zijn eindeloos en deze oefeningen zijn hopelijk een inspiratiebron om ook op jouw training te gaan werken met externe cueing.
Aan het einde van de serie houden we een Q&A met Marcus DiBernardo. Heb je een vraag? Stuur deze dan naar
info@trainerssite.nl. Wil je direct contact opnemen met Marcus? Stuur dan een mail naar
coachdibernardo@gmail.com