“Van nature willen jonge kinderen zo snel mogelijk naar het doel van de tegenstander. Helaas proberen in Nederland te veel trainers in Nederland dit te ontmoedigen. Hierdoor ontstaan vaak ploegen die veel op balbezit spelen zonder echte intentie naar voren en zonder echt gevaarlijk te worden. Ook in de omschakeling zie je dat er vaak eerst voor balbezit gekozen wordt in plaats van gebruik te maken van de situatie.” In deze oefenstof special laat Nathan Wiener (FC Utrecht Onder11) hoe hij probeert te trainen om diep te spelen in de omschakeling.
Tekst: Ruud Bijnen | Beeld: Ron van Dongen
“Bij mijn team FC Utrecht O11 werken we aan het efficiënt veroveren van de ballen en direct de diepte zoeken. Bij deze leeftijd zijn we vooral bezig met de techniek daarvan en met eenvoudige samenwerking in klein verband. We gebruiken daarbij een differentiële leermethode. Het brein wordt daarbij op allerlei manieren geprikkeld om sneller te gaan werken. Dat doen wij door bijvoorbeeld met verschillende formaten ballen de oefeningen uit te voeren.
Denk hierbij aan tennisballen, skillsballen en gewone wedstrijdballen. In de vormen met kleinere aantallen spelers kiezen we hier vaak voor, terwijl we de partijspelen wel weer met de normale ballen spelen. Er wordt ook gevarieerd in de ondergrond. Gras, kunstgras en stenen of asfalt wordt ook afgewisseld. We bereiden spelers voor op gevarieerd spelen en geloven dat we hen met deze aanpak creatiever maken.”
“Omdat ik geloof dat de grootste kansen in de omschakeling naar de aanval liggen, trainen we daar nadrukkelijk op. We doen dat in een bepaalde volgorde. Eerst gaat het om het verdedigen waarbij de bal binnen het spel houden belangrijk is. Dan maken we de volgende stap: om de bal in die verdedigende actie op een manier te verwerken dat deze direct klaar ligt om een vervolg te geven. Zo moet bijvoorbeeld een sliding als doel hebben dat je balbezit krijgt en niet als doel om de bal uit te tikken. Tenslotte gaat het er om dat als je de bal van de tegenstander wegtikt, dat er een speler van ons team eerder bij de bal is dan tegenstander. Dit betekent in het voorbeeld van de sliding dat je sneller op staat dan de tegenstander.”
“Om de diepte te stimuleren werken we veel met impliciete regels. Dat zijn regels die indirect zorgen voor gedrag dat wij als trainers graag zien. Bijvoorbeeld: Als je de bal veroverd hebt, krijg je 2 punten als je binnen vijf seconden scoort. Deze regel laat direct meer snelheid en diepte zien in het spel zonder dat we letterlijk zeggen dat ze direct diep moeten spelen. Impliciet werkt beter. De punten zijn overigens ook een enorme stimulans. Alles staat in het teken van winnen. Bij elke oefening kunnen spelers punten verdienen als ze scoren. Die moeten ze zelf over de gehele training bijhouden en aan het eind van de week worden deze opgeteld en staat er een beker klaar voor de weekwinnaar.”
1 tegen 1 naar 2 tegen 2
Dit is oefenvorm 2539 van De Oefenstof Database
Organisatie
• Beide verdedigers starten tegelijk met inspelen: eerst 1 tegen 1 met speler die de bal naar je toe speelt
• Als er 1 duel is afgelopen (doelpunt of uitbal) dan 2 tegen 2 (spelers geel spelen dan samen en scoren op gele doeltje en spelers blauw spelen samen en scoren op blauwe doeltje aan de overkant)
• Na de 2 tegen 2 wordt er een tweede bal ingespeeld door de trainer
• Individueel punten tellen. Elk doelpunt is 1 punt. Na afloop van de vorm/training is er 1 winnaar
• Verschillende ballen door elkaar gebruiken (zaalvoetballen/veldvoetballen, maat: 1,3,5)
Coaching individueel
• Tijdens verdedigen al oriënteren op aanvallen (waar ligt de ruimte, omgeving scannen)
• Snelle keuze aan de bal na het afpakken
Coaching samen
• Hoe kan je de tegenstander verrassen na het veroveren van de bal met een loopactie (explosief, creatief)?
2 tegen 2
Dit is oefenvorm 1664 van De Oefenstof Database
Organisatie
• Tweetal dat in het midden van het veld start kan scoren door de bal in te spelen bij de
trainer tussen de rijtjes in. Tweetal dat start met de bal kan scoren door de trainer aan de overzijde in te spelen. Trainers bewegen rondom het speelveld.
• Scoren mag alleen vanuit een pass op de helft van de tegenstander
• Na einde partij, direct nieuw 2-tal starten met de bal (omschakelen)
• Impliciete spelregel: scoren binnen 5 tellen na het afpakken van de bal is 2 punten
• Ruimte: 10 x 25 meter
Coaching individueel
• Bal afpakken = in bezit houden door bal blokken/tackelen en gelijk naar je toe halen of van de voet ‘snoepen’.
• Bal na het afpakken afschermen, wegdraaien naar de ruimte, bal vrijmaken voor dribbel/pass/etc.
Coaching samen
• Waar kan je vrijlopen na het veroveren van de bal door je teammaat?
2 tegen 2 + K
Dit is oefenvorm 2540 van De Oefenstof Database
Organisatie
• Speler 1 speelt de bal in op speler 3 waarna spelers 1 t/m 4 vooraan in de rij in het veld komen en er een 2 tegen 2 situatie (+ keeper) ontstaat.
• Doordraaien: A>B>C>D>A
• Ruimte: 15 x 25 meter
Coaching individueel
• Snelle keuze aan de bal na het afpakken
• Snel scoren
Coaching samen
• Waar kan je vrijlopen na het veroveren van de bal door je teammaat?
Variatie
• Moeilijker maken: 3 tegen 3, met buitenspel, als de 1e bal uit is speelt de trainer een 2e bal in
• Makkelijker maken: 2 tegen 3 (geel 1 speler extra)
• In 5 seconden scoren als je de bal afpakt
3 + K tegen 2 + K
Dit is oefenvorm 2541 van De Oefenstof Database
Organisatie
• Speler 1 speelt de bal in op speler 4 waarna spelers vooraan in de rij in het veld komen en er een 3 tegen 2 situatie (+ keepers) ontstaat. Speler 3 dient buitenom te lopen (zie tekening) waardoor er na enkele seconde een 3 tegen 3 situatie ontstaat. Het kortstondige overtal zal een reden zijn voor blauw om snel de diepte te zoeken.
• Doordraaien: A>B>C>D>E>F>A
• Ruimte: 20 x 35 meter
Coaching indivueel
• Bal na het afpakken afschermen, wegdraaien naar de ruimte, bal vrijmaken voor
dribbel/pass/etc.
• Snelle keuze aan de bal na het afpakken
Coaching samen
• Waar kan je vrijlopen na het veroveren van de bal door je teammaat?
• Hoe kan je de tegenstander verrassen na het veroveren van de bal met een loopactie
(explosief, creatief)?
4 tegen 4 tegen 4 King of the court
Dit is oefenvorm 2542 van De Oefenstof Database
Organisatie
• Speler 1 speelt de bal in op speler 4 waarna spelers vooraan in de rij in het veld komen en er een 3 tegen 2 situatie (+ keepers) ontstaat. Speler 3 dient buitenom te lopen (zie tekening) waardoor er na enkele seconde een 3 tegen 3 situatie ontstaat. Het kortstondige overtal zal een reden zijn voor blauw om snel de diepte te
zoeken.
• Doordraaien: A>B>C>D>E>F>A
• Ruimte: 20 x 35 meter
Coaching individueel
• Bal na het afpakken afschermen, wegdraaien naar de ruimte, bal vrijmaken voor
dribbel/pass/etc.
• Snelle keuze aan de bal na het afpakken
Coaching samen
• Waar kan je vrijlopen na het veroveren van de bal door je teammaat?
• Hoe kan je de tegenstander verrassen na het veroveren van de bal met een loopactie
(explosief, creatief)?
5 + K tegen 4
Dit is oefenvorm 1425 van De Oefenstof Database
Organisatie
• Partijspel 5 + K tegen 4, waarbij iedere keer na een uitbal/doelpunt er wordt gestart met schot van de trainer/een speler op het doel van de keeper
• Ruimte: 35 x 40 meter
Coaching individueel
• Na het veroveren van de bal de bal in bezit houden
• Na het veroveren van de bal deze afschermen en vrijmaken voor vervolg
• Diep kijken en zo snel mogelijk diep spelen (als de mogelijkheid er is)
Coaching samen
• Hoe kan jij jouw teamgenoot helpen als hij na het veroveren van de bal de bal niet vooruit kan spelen?
• Hoe kunnen de spelers die achter de bal staan het team helpen (zorgen voor restverdediging, onder de bal vrijlopen, etc.)